Lesidee 4: Explosie! Laura Commandeur
Leeftijd: leerlingen uit de tweede graad
Duur: 50 minuten
Domein: bewegingsexpressie
Aan: ruimte
Rond: explosies
Leerplandoelen:
- Kinderen experimenteren met en bekwaam zich in de uitdrukkingsmogelijkheden van hun lichaam. Dat houdt in dat ze genieten van hun lichaam in beweging (VVKBaO bewegingsexpressie 1.1)
- Kinderen experimenteren met en bekwamen zich in de uitdrukkingsmogelijkheden van hun lichaam. Dat houdt in dat ze verschillende houdingen en bewegingen exploreren (VVKBaO bewegingsexpressie 1.2)
- Kinderen bewegen vlot in tijd en ruimte. Dit houdt in dat ze zich in dezelfde ruimtelagen bewegen (VVKBaO bewegingsexpressie 3.2)
Lesdoelen:
- De kinderen exploreren met verschillende manieren van voortbewegen door de diepe, de midden en de hoge laag (3)
- De kinderen durven tijdens het exploreren op een andere manier te bewegen dan de anderen (2)
- De kinderen genieten van het maken van bewegingen op verschillende hoogtes door de ruimte (1)
Leeractiviteiten:
- De kinderen leren dat je op verschillende hoogtes door de ruimte kunt bewegen
- De kinderen leren om eigen bewegingen te durven maken
Lesactiviteiten:
Fase 1: even wakker worden 5 min.
De leerlingen staan samen met de leerkracht in de kring. Samen gaan zij verschillende lichaamsdelen wakker maken: er wordt net de nek gedraaid, net de schouders gerold, met de armen gezwaaid, met de armen geschud, met de heupen gerold, met de voeten gedraaid, met de benen geschud en met de benen gewaaid. De leerkracht doet hierbij alle bewegingen voor en mee. Daarna zegt de leerkracht dat de leerlingen zich eens goed mogen uitrekken. Dit mogen zij doen op een manier die voor de leerlingen zelf goed voelt.
Fase 2: popcorn maken 30 min.
Opdracht a - mais in de pan 10 min.
De leerkracht zegt tegen de leerlingen dat zij zich moeten voorstellen dat zij een stukje mais zijn. Alle stukjes mais gaan in de pan op het vuur. De mais wordt warmer en warmer.. tot het ontploft tot popcorn!
De leerkracht laat de kinderen vanuit een kleine houding op de grond beginnen. Vervolgens bouwt de leerkracht de temperatuur en de spanning in het verhaal langzaam op. Het ontploffen van het stukje mais gebeurt niet in één keer: eerst ontploft er alvast een klein stukje, vervolgens ontploft er nog eens een klein stukje en nog eens, en dan ontploft de rest van het stukje mais. Vervolgens springt te mais op allerlei verschillende manieren rond in de pan. De leerkracht moedigt de kinderen aan om op zoveel mogelijk manieren de lucht in te springen.
N.b. tijdens de opdracht geeft de leerkracht voldoende bewegingssuggesties zoals ‘laat je lichaamsdelen eens een voor een van de grond komen’ en ‘spring eens kronkelend omhoog’.
Opdracht B - POP-corn 10 min.
De leerkracht laat weten dat de deksel van de pan is opgetild: alle popcorns vliegen nu uit te pan! De kinderen mogen vanaf nu vrij door de zaal bewegen. De popcorns schieten overal naartoe: naar links, naar rechts, omhoog tegen het plafond en omlaag naar de grond. De leerkracht vraagt de kinderen om zoveel mogelijk stuiterbewegingen te laten zien. Ook hier geeft de leerkracht weer voldoende bewegingssuggesties. Bij deze opdracht laat de leerkracht het muziekje ‘popcorn’ spelen. |
|
Opdracht C - EXPLOSION! 10 min.
De leerkracht toont het werk explosion van Roy Lichtenstein. Net als het mais is ook hier in het werk iets ontploft. De kinderen vormen duo’s. De leerkracht vraagt aan de kinderen om de ontploffing op minstens vier verschillende manieren voor te stellen. Twee duo’s worden nu samengevoegd tot een groepje van vier leerlingen. Deze leerlingen laten aan elkaar zien op welke manieren zij de ontploffingen voorstelden. |
Fase 3 - explosieve dans 20 min.
De leerkracht vraagt de groepjes om uit de bewegingen die zij vandaag hebben gemaakt vier interessante bewegingen te selecteren. Met deze bewegingen gaan de groepjes een korte dans maken. Voorwaarde aan de dans is dat de kinderen er 30 seconden mee op kunnen dansen tijdens 0:10 - 0:40 in het lied popcorn. Zij zullen dus gebruik moeten maken van herhalende bewegingen.
Na het oefenen tonen de groepjes hun dansje aan de rest van de klas.
Evaluatie 5 min.
De les kan geëvalueerd worden aan de hand van thermometers in de muvo-boekjes van de leerlingen. De leerlingen vullen hier stellingen in aan de hand van een thermometer. Helemaal onderin staat de voor 'niet zo goed' en bovenaan staat voor 'erg goed'. De leerlingen vullen voor iedere stelling een thermometer in.
Evaluatiestellingen bij deze opdracht zijn:
De leerkracht vraagt de groepjes om uit de bewegingen die zij vandaag hebben gemaakt vier interessante bewegingen te selecteren. Met deze bewegingen gaan de groepjes een korte dans maken. Voorwaarde aan de dans is dat de kinderen er 30 seconden mee op kunnen dansen tijdens 0:10 - 0:40 in het lied popcorn. Zij zullen dus gebruik moeten maken van herhalende bewegingen.
Na het oefenen tonen de groepjes hun dansje aan de rest van de klas.
Evaluatie 5 min.
De les kan geëvalueerd worden aan de hand van thermometers in de muvo-boekjes van de leerlingen. De leerlingen vullen hier stellingen in aan de hand van een thermometer. Helemaal onderin staat de voor 'niet zo goed' en bovenaan staat voor 'erg goed'. De leerlingen vullen voor iedere stelling een thermometer in.
Evaluatiestellingen bij deze opdracht zijn:
- Vond je jullie dansje goed? Waarom?
- Vind je dat je zelf goed gedanst hebt? Waarom?